Geestelijk uitgeput
‘In emotioneel opzicht hebben we soms wel in één uur werk voor een hele dag verzet,’ schrijft Zack Eswine in zijn boek De onvolmaakte voorganger. Hoewel hij hierbij speciaal doelde op de lasten die voorgangers geregeld te dragen hebben, geldt dit ook voor ieder van ons. Zwaarwegende emoties en verantwoordelijkheden kunnen ons in fysiek, mentaal en geestelijk opzicht totaal uitputten. Het enige wat je dan wilt, is slapen.
Door een nieuwe lens
‘Het moet geweldig zijn om naar een boom te kijken en de blaadjes te zien, in plaats van een grote groene vlek!’ zie mijn vader. Ik had het niet beter kunnen verwoorden. Op dat moment was ik achttien, en ik was niet bepaald blij dat ik een bril moest, maar daardoor werd wel alles anders wat ik zag. Alles wat eerst een vlek was, werd opeens schitterend mooi!
De Heer zal voorzien
Mijn bezorgdheid nam toe naarmate de zomervakantie langer duurde. Ik had mijn diploma gehaald, en wilde na de zomer verder studeren. Ik plan altijd graag goed vooruit, en de gedachte dat ik voor mijn studie naar een andere staat zou verhuizen, maar nog geen baan had, gaf me geen prettig gevoel. Een paar dagen voor het eind van mijn vakantiebaantje, kreeg ik echter de vraag of ik voor het bedrijf wilde blijven werken, maar nu op afstand. Ik nam het voorstel aan en vond rust in de gedachte dat God voor me zorgt.
Inzicht in de beproevingen van het leven
Een vriend van mijn vader had de gevreesde diagnose gekregen: kanker. Tijdens de chemokuur die hij onderging, leerde hij Jezus kennen en uiteindelijk nam de kanker af. Anderhalf jaar bleef hij kankervrij, maar daarna kwam de ziekte terug, nu heviger dan eerst. Hij en zijn vrouw zagen de realiteit van de teruggekeerde kanker met de nodige zorgen en vragen onder ogen, maar ook in vertrouwen op de God die hen er ook de eerste keer doorheen gesleept had.
Oogsten zullen we
Een vriendin en ik gingen wandelen met haar kleinkinderen. Terwijl ze de buggy vooruitduwde, merkte ze op dat haar stappen ‘verloren’ gingen. De stappenteller om haar pols mat ze niet omdat ze niet met haar arm zwaaide tijdens het lopen. Ik zei dat al die stappen wél goed waren voor haar gezondheid. ‘Dat wel,’ lachte ze, ‘maar ik wil ik graag mijn gouden ster winnen.’
Algen en diatomeeën
‘Wat zijn diatomeeën?’ vroeg ik aan mijn vriendin. Ik leunde over haar schouder heen om naar de foto’s op haar mobiel te kijken, die ze door een microscoop genomen had. ‘O, dat zijn een soort algen, maar moeilijker te zien. Soms moet je een druppel olie op de lens doen, of moeten ze dood zijn om ze te kunnen zien,’ legde ze uit. Verbaasd zag ik de foto’s langskomen toen ze erdoorheen scrolde. Ik kon er niet over uit hoe oneindig gedetailleerd het leven was dat God gemaakt heeft, soms zo klein dat je een microscoop nodig hebt om het te kunnen zien!
Jezus strekt zijn hand uit
Het leven kan soms zo druk zijn: moeilijke lessen die je moet volgen, uitputtend werk dat je moet doen, de badkamer die nodig schoongemaakt moet worden, en dan heb je ook nog een afspraak om met iemand koffie te drinken. Steevast komt de dag waarop ik mezelf moet dwingen om een paar minuten in de Bijbel te lezen, en ik mezelf voorneem om de volgende week weer meer tijd aan God te geven. Maar telkens weer ben ik afgeleid, verdrink ik in de dagelijkse klusjes en vergeet ik God om hulp te vragen voor wat dan ook.
Een ring in een afvalbak
Toen ik nog studeerde, werd ik op een ochtend wakker doordat mijn kamergenote Carol in paniek rondliep. Ze was haar zegelring kwijt. We zochten in alle hoeken en gaten. Later doorzochten we de afvalbak.
Aan Gods leiding gehoorzamen
In augustus 2015 bereidde ik me voor om naar een universiteit te gaan op een paar uur rijden van waar ik woonde. Ik besefte dat ik na mijn afstuderen waarschijnlijk niet meer naar mijn ouderlijk huis zou terugkeren. De gedachten tolden door mijn hoofd: hoe kan ik hen allemaal achterlaten? Mijn familie niet meer zien, mijn kerk niet meer bezoeken? Hoe moet het als God me naar een andere staat of zelfs een ander land roept?
Wordt u voorbereid?
Toen ik op de middelbare school zat, heb ik twee jaar in een fastfoodrestaurant gewerkt. Dat was niet altijd gemakkelijk. Klanten werden soms boos op mij, terwijl ik excuses aanbood voor het ongewenste plakje kaas op het broodje dat ik niet gemaakt had. Na die twee jaar solliciteerde ik op een baan op de ICT-afdeling op mijn universiteit. De werkgevers waren meer geïnteresseerd in mijn ervaring in het fastfood-gebeuren, dan in mijn digitale vaardigheden. Ze wilden weten of ik met mensen kon omgaan. De ervaring die ik in minder prettige omstandigheden had opgedaan, bleek een voorbereiding te zijn voor de stap naar een veel betere baan!