En hoe zit het met jou?
Emily luisterde toe hoe een groep vrienden over de gebruiken rond Thanksgiving in hun gezinnen praatten. ‘We lopen samen door de kamer, en iedereen vertelt over iets waar hij of zijn dankbaar om is,’ vertelde Gary.
Masker
Patty doet erg haar best om ervoor te zorgen ze door iedereen bewonderd wordt. Ze doet zich bijna altijd zo vrolijk mogelijk voor, zodat het anderen zal opvallen en ze haar een compliment zullen geven. Van sommigen krijgt ze bevestiging omdat ze zien hoe zij mensen in de gemeenschap helpt. Maar af en toe komt de echte Patty naar boven, en die geeft toe: ‘Ik houd veel van de Heer, maar soms heb ik het gevoel dat mijn leven één grote schijnvertoning is.’ Achter veel van haar pogingen om goed over te komen zit haar eigen onzekerheid, en laatst vertelde ze dat ze het bijna niet meer kan opbrengen om haar masker op te houden.
Moet het echt?
Joy begon het kinderprogramma met gebed, en zong daarna met de kinderen een liedje. Emmanuel van zes zat te draaien in zijn stoel toen ze weer bad, nadat ze Aäron, de meester, had voorgesteld. Vervolgens begon en eindigde Aäron zijn praatje met gebed. Emmanuel klaagde: ‘Dat is vier keer bidden! Zo lang kan ik niet stilzitten!’
Belletjes
Laatst liep ik met mijn man Carl op het strand, toen een jongetje opeens langs rende en allemaal belletjes over ons heen blies. Dat was een grappig en luchtig moment tijdens een zware dag. We hadden onze zwager bezocht die in het ziekenhuis lag, en Carls zus geholpen die er veel moeite mee had om zelfstandig naar haar huisarts te gaan. Toen dat achter de rug was besloten we even op adem te komen en langs de zee te lopen, voordat alle zorgen van onze familie ons te veel werden.
Parade
In de zomer van 2015 wandelde Hunter (15) ruim 90 kilometer terwijl hij zijn broer Braden (8) droeg. Daarmee wilde hij het publiek bewust maken van de behoeften van mensen die aan hersenverlamming lijden. Braden weegt 27 kilo, en Hunter moest dan ook geregeld pauze houden zodat anderen hem konden helpen zijn spieren te strekken. Ook droeg hij een speciaal ontworpen harnas om het gewicht van Braden wat te spreiden. Hunter gaf aan dat het harnas wel hielp tegen het lichamelijke ongemak, maar dat hij het meeste had aan de mensen die hem onderweg hielpen en aanmoedigden. ‘Als er niet zo veel mensen waren geweest die een stukje moet ons meeliepen of ons toejuichten, dan zouden we het nooit gered hebben . . . Mijn benen deden pijn, maar mijn vrienden hebben me erdoorheen geholpen.’ Zijn moeder noemde de zware tocht de ‘hersenverlamming-parade’.
Samen staan we sterk
Haar dertig klasgenoten en al hun ouders keken toe hoe Mi’Asya zenuwachtige het podium beklom om tijdens de diploma-uitreiking een toespraak te houden. Nadat de directeur de microfoon aan haar lengte had aangepast, draaide Mi’Asya zich met de rug naar het ding en het publiek toe. Vanuit het publiek klonken aanmoedigende woorden: ‘Kom op, meisje, je kunt het wel.’ Maar ze gaf geen krimp. Toen liep een klasgenootje naar voren om naast haar te gaan staan. Met haar vriendin aan haar ene en de directeur aan haar andere zijde lazen ze met hun drieën de toespraak voor. Wat een mooi voorbeeld van hoe je iemand steunt!
Zeg me maar na
Toen Rebekka op het podium stond om een conferentie toe te spreken, galmde haar eerste zin via de geluidsinstallatie door de hele zaal. Het was wat ongemakkelijk om haar eigen woorden als echo terug te horen, maar ze moest zich gewoon aan het geluid van de installatie aanpassen en proberen de echo’s van alles wat ze zei te negeren.
Is Hij goed?
Een vriendin van me zei tegen me: ‘Ik geloof nooit dat God goed is.’ Ze had al vele jaren lang voor verschillende moeilijke dingen gebeden, maar er was geen spoortje vooruitgang te zien. Ze werd steeds bozer en meer verbitterd omdat God maar bleef zwijgen. Ik kende haar aardig goed, en voelde dat ze diep van binnen wel geloofde dat God goed was, maar de constante pijn die in haar hart en Gods schijnbare ongeïnteresseerdheid brachten haar aan het twijfelen. Boos worden was gemakkelijker dan alle triestheid dragen.
Verrast door genade
Een vrouw uit Grand Rapids in Michigan viel op de bank in slaap nadat haar man al naar bed was gegaan. Die nacht sloop een inbreker naar binnen door de schuifdeur die het stel vergeten was dicht te doen, en liep zachtjes door huis. Hij sloop de slaapkamer binnen waar de man van het stel lag te slapen en pakte de tv op die daar stond. De slapende man werd wakkeer, zag een donkere vlek in de kamer staan en fluisterde: ‘Kom je in bed, schat?’ De inbreker raakte in paniek, zette de tv neer, greep in het voorbijgaan een stapel geld die hij op een kastje zag liggen en rende het huis uit.
Vier manieren om te kijken
Joan worstelde met verschillende moeilijke vragen rond haar kinderen toen ze net voor het begin van de dienst op de kerkbank neerplofte. Ze voelde zich doodmoe en wilde het liefst haar ‘ontslag’ als moeder nemen. Maar toen begon de spreker van die ochtend bemoedigende woorden te spreken voor iedereen die het gevoel had het liefst op te willen geven. Die ochtend hoorde Joan vier gedachten die haar hielpen om vol te houden:
Niet terug te draaien
Ik kon het niet meer terugdraaien, wat ik gezegd en gedaan had. Een vrouw had haar auto precies zó geparkeerd dat ik niet door kon rijden toen ik net wilde gaan tanken. Ze sprong uit haar auto om wat rommel in de glasen plasticbak te dumpen, en ik had er geen zin in om te moeten wachten. Ongeduldig toeterde ik naar haar. Geïrriteerd reed ik achteruit en reed een andere kant langs naar de pomp. Onmiddellijk had ik spijt van mijn ongeduld, omdat ik geen halve minuut (meer zal het niet geweest zijn) kon wachten tot zij doorreed. Ik verontschuldigde me tegenover God. Natuurlijk mocht ze haar auto daar niet zomaar stilzetten en uitstappen, maar ik had ook vriendelijkheid en geduld kunnen uitstralen in plaats van ongeduld en lompheid. Jammer genoeg was het al te laat om haar ook mijn verontschuldigingen aan te bieden: ze was al weer weg.
Prachtige vrucht
‘Kinderen moeten de ruimte krijgen om overal waar ze willen [in de tuin] zaad uit te strooien en maar te zien wat er opkomt,’ stelde Rebecca Lemos-Otero voor, oprichters van City Blossoms. Dit is niet echt een voorbeeld van zorgvuldig tuinieren, maar laat wel iets zien van het feit dat elk zaadje het in zich heeft om leven voort te brengen. Sinds 2004 timmert City Blossoms aan de weg om tuinen aan te leggen voor scholen en in wijken waar mensen het niet breed hebben. De kinderen leren een en ander over voeding en krijgen vaardigheden door te tuinieren. Rebecca zegt: ‘Een levende, groene ruimte in een stedelijk gebied (. . .) biedt kinderen de mogelijkheid om buiten iets te doen dat productief en mooi is.’