Goede literatuur
Laatst kwam mij een artikel onder ogen waarin een poging gedaan werd te omschrijven wat ‘goede literatuur’ is. De schrijver opperde dat goede literatuur ‘je verandert. Als je het boek uit hebt, ben je een ander mens geworden.’
Brood dat verzadigt
Toen ik op de basisschool zat heb ik het Onze Vader uit mijn hoofd moeten leren. Elke dag zeiden we de woorden ‘geef ons heden ons dagelijks brood’ (Mat. 6:11, NBG 1951), maar vaak moest ik daarbij denken aan het brood dat we thuis maar af en toe aten. Alleen wanneer mijn vader naar de stad was geweest hadden we een brood in huis. Het gebed om ‘dagelijks brood’ zei me dan ook altijd veel.
Tijd om te groeien
Toen Debbie haar nieuwe huis betrok, ontdekte ze een plant die in een donker hoekje van de keuken was achtergebleven. De stoffige, gerafelde bladeren leken op die van een vlinderorchidee, en ze probeerde zich voor te stellen hoe de plant eruit zou zien als hij nieuwe stengels en bloemen zou hebben. Ze zette hem op een plekje bij het raam, haalde de dode bladeren eraf en gaf hem flink wat water. Ze kocht plantenvoeding dat ze bij de wortels aanbracht. Wekelijks inspecteerde ze de toestand van de plan, maar kwamen geen nieuwe scheuten. Ik geef hem nog een maand,’ zei ze tegen haar man. ‘Als er dan nog niets gebeurd is, gooi ik hem weg.’
Is Hij goed?
Een vriendin van me zei tegen me: ‘Ik geloof nooit dat God goed is.’ Ze had al vele jaren lang voor verschillende moeilijke dingen gebeden, maar er was geen spoortje vooruitgang te zien. Ze werd steeds bozer en meer verbitterd omdat God maar bleef zwijgen. Ik kende haar aardig goed, en voelde dat ze diep van binnen wel geloofde dat God goed was, maar de constante pijn die in haar hart en Gods schijnbare ongeïnteresseerdheid brachten haar aan het twijfelen. Boos worden was gemakkelijker dan alle triestheid dragen.
Zijn voortdurende zorg
De zeer ervaren journalist Scott Pelley gaat er nooit op uit voor een opdracht zonder zijn belangrijkste reisbenodigdheden: een korte golf radio, camera, onverwoestbare koffer, laptop en een zendertje om in een noodgeval een signaal uit te kunnen sturen, zodat hij altijd gelokaliseerd kan worden. ‘Het werkt overal. Je trekt de antenne uit, drukt op twee knopjes en het verzendt een signaal naar een satelliet,’ vertelde Pelley. ‘Daardoor weten de autoriteiten wie en waar ik ben. Afhankelijk van het land waar ik ben sturen ze dan een reddingsteam, of niet.’ Pelley vertelde erbij dat hij de noodzender nog nooit heeft hoeven gebruiken, maar hij zal nooit zonder het ding op pad gaan.
Rusten en wachten
Het was midden op de dag. Jezus, moe geworden van de lange voettocht, rustte uit naast de bron van Jakob. Zijn leerlingen waren naar de nabijgelegen stad Sichar gegaan om eten te kopen. Een vrouw uit de stad kwam naar de bron om water te putten . . . en vond haar Messias. Het verhaal meldt dat ze snel naar de stad terugging en tegen de mensen zei dat ze ook moesten komen luisteren naar ‘iemand alles van mij weet’ (Joh. 4:29).
Niet gezien, toch geliefd
Net als anderen in de blogging-community had ik de man die we kenden als BruceC nooit ontmoet. Maar toen zijn vrouw een berichtje op zijn site zette met de mededeling dat haar man was overleden, kwam er van heinde en ver een groot aantal reacties terug. We wisten allemaal dat we een vriend kwijtgeraakt waren.
Ambassadeur van de liefde
Bij mijn werk als aalmoezenier kom ik wel eens mensen tegen die vragen of ik hun wat extra geestelijke hulp wil verlenen. Hoewel ik altijd bereid ben om tijd te besteden aan iemand die om hulp vraagt, merk ik vaak dat ik meer van hen leer dan zij van mij. Dat gold in het bijzonder toen ik met een pijnlijk eerlijke jonge christen sprak, die met enige spijt zei: ‘Ik geloof niet dat het een goed idee is dat ik in de Bijbel lees. Hoe meer ik lees over wat God van me verwacht, hoe meer ik over anderen oordeel die niet doen wat er staat.’
Opnieuw beginnen
Een van de favoriete boeken uit mijn kindertijd was Anne van het Groene Huis van Lucy Maud Montgomery. In een grappige passage stopt Anne per ongeluk een huidmedicijn in plaats van vanille in de taart die ze aan het bakken is. Achteraf zegt ze hoopvol tegen haar strenge gouvernante Marilla: ‘Is het niet heerlijk om te bedenken dat er morgen weer een nieuwe dag is, die nog geen fouten kent?’
Onze goddelijke verdediging
Onder het toezicht van Nehemia herbouwden de Israëlische arbeiders de muur rond Jeruzalem. Toen ze hem echter bijna voor de helft af hadden, hoorden ze dat hun vijanden samenzwoeren om de stad aan te vallen. De toch al uitgeputte arbeiders werden door dit nieuws zeer ontmoedigd.
Blijf klimmen!
Richard had een zetje nodig, en die kreeg hij ook. Samen met zijn vriend Kevin was hij aan het rotsklimmen. Kevin verankerde steeds de touwen. Richard kon niet meer en wilde het opgeven, dus hij vroeg Kevin om hem naar de bodem te laten zakken. Maar Kevin drong erop aan dat hij zou doorgaan; hij was nu al zo ver gekomen, hij mocht het nu niet opgeven. Terwijl hij daar midden in de lucht bungelde, besloot Richard om door te zetten. En tot zijn eigen verbazing slaagde hij erin om weer bij de rotswand te komen en de klim af te maken, en dat vanwege de aanmoedigingen van zijn vriend.
Niet vergeten
Toen haar moeder in aanwezigheid van honderden gasten haar vijftigste verjaardag vierde, haalde de oudste dochter Kukua herinneringen op aan alles wat haar moeder voor hun gezin gedaan had. Ze hadden het niet breed, wist Kukua te vertellen, en het waren moeilijke tijden. Maar haar alleenstaande moeder ontzegde zichzelf allerlei persoonlijke gemakken, verkocht haar juwelen en andere kostbaarheden, zodat Kukua naar school kon. Met de tranen in haar ogen zei Kukua dat haar moeder haar of haar broertjes en zusjes nooit in de steek gelaten had, hoe zwaar ze het zelf ook had.