Een eenzame periode
Tussen de stapel post die ik na Kerst moest wegwerken kwam ik iets kostbaars tegen. Het was een zelfgemaakte kerstkaart, geschilderd op gerecycled papier. Eenvoudige kwaststreken van waterverf vormden een winters heuvellandschap met wat dennenbomen. In het midden onderaan omringd door hulstblaadjes met rode besjes stond een handgeschreven tekst: Vrede met u!
Luistert Hij wel?
Ik heb wel eens het gevoel dat God helemaal niet naar me luistert.’ Dit zei een vrouw die haar best deed om sterk in haar geloof te blijven terwijl ze worstelde met een man die alcoholist was. En ze is bepaald niet de enige. Jarenlang smeekte ze God om haar man te veranderen, maar dat was nog niet gebeurd.
Al zijn weldaden
Een terugkerende moeite die we op onze weg door het leven kennen, is dat we zo gericht zijn op wat we op het moment nodig hebben, dat we vergeten wat we al hebben. Ik moest hier weer aan denken toen ons kerkkoor een prachtig gezang zong dat op deze tekst van Psalm 103 gebaseerd is: ‘Prijs de HEER, mijn ziel, vergeet niet één van zijn weldaden’ (vers 2). De Heer is het die ons vergeeft, geneest, redt, vernieuwt en alles geeft wat we nodig hebben (vers 3-5). Hoe zouden we dat ooit kunnen vergeten? En toch is dat precies wat we vaak doen wanneer de drukte van alledag onze aandacht verschuift naar onze dringende behoeften, herhaalde mislukkingen en omstandigheden die uit de hand lijken te lopen.
Hij antwoordt
Ik vond het erg leuk toen ik op de Twitter-pagina van mijn favoriete Koreaanse filmster stuitte. Ik besloot haar een berichtje te sturen. Ik verwoordde zo goed mogelijk wat ik wilde zeggen en wachtte op een antwoord. Ik wist wel dat de kans klein was dat ze zou reageren. Een beroemdheid zoals zij zal wel dagelijks een gigantische hoeveelheid fanmail krijgen. Tegen beter weten in hoopte ik toch op een antwoord. Dat bleef uit en ondanks alles was ik toch een beetje teleurgesteld.
Dit zou het jaar kunnen zijn
Mijn vader was predikant en elke eerste zondag van het nieuwe jaar preekte hij over de terugkomst van Jezus. Daarbij haalde hij vaak de tekst van 1 Tessalonicenzen 1 aan. Zijn boodschap was altijd dezelfde: ‘Dit zou het jaar kunnen zijn waarin Jezus terugkeert. Ben je er klaar voor om Hem te ontmoeten?’ Ik weet nog goed dat ik toen ik zes was zijn nieuwjaarspreek hoorde en dacht: Als dat zo is, dan weet ik niet zeker of ik bij de mensen hoor die Jezus tegemoet zullen gaan. Ik wist zeker dat mijn ouders voor het eeuwige leven bestemd waren, en zelf wilde ik dat ook heel graag. Daarom vroeg ik na kerktijd aan mijn vader hoe ik dat zeker kon weten. Hij opende zijn bijbel, las me een paar verzen voor en sprak met me over de noodzaak van een Verlosser. Er was niet veel nodig om me van mijn zondigheid te overtuigen. Op die dag aanvaardde ik Jezus als mijn Redder. Ik zal mijn vader er altijd dankbaar voor blijven dat hij dat verlangen in mijn hart gelegd had.
Prachtige vrucht
‘Kinderen moeten de ruimte krijgen om overal waar ze willen [in de tuin] zaad uit te strooien en maar te zien wat er opkomt,’ stelde Rebecca Lemos-Otero voor, oprichters van City Blossoms. Dit is niet echt een voorbeeld van zorgvuldig tuinieren, maar laat wel iets zien van het feit dat elk zaadje het in zich heeft om leven voort te brengen. Sinds 2004 timmert City Blossoms aan de weg om tuinen aan te leggen voor scholen en in wijken waar mensen het niet breed hebben. De kinderen leren een en ander over voeding en krijgen vaardigheden door te tuinieren. Rebecca zegt: ‘Een levende, groene ruimte in een stedelijk gebied (. . .) biedt kinderen de mogelijkheid om buiten iets te doen dat productief en mooi is.’
Een bedoeld gebrek
Aan de |oostkant van Jeruzalem ontspringt een natuurlijke bron. In de oudheid was dit de enige watertoevoer en hij lag buiten de muren van de stad. Het was dan ook de plek waar de stad het kwetsbaarst was. Dankzij deze bron kon de stad die verder vrijwel onneembaar was veroverd worden: de bron kon omgeleid worden of afgedamd worden.
Gewassen in liefde
Een kleine gemeente zag een gelegenheid om Gods liefde op praktische manier te laten zien. Volgelingen van Jezus kwamen samen in een plaatselijke wasserette om iets voor hun gemeenschap te doen door kleren te wassen van mensen die het niet zo breed hadden. Ze maakten ze schoon en vouwden ze op, en soms gave er een warme maaltijd of een tas met wat boodschappen bij.
Nooit vergeten
Aangevuurd door mijn kinderen om te laten zien dat ik ooit jaren geleden piano had leren spelen, waagde ik me weer eens aan toonladder, de C majeur in dit geval. Hoewel ik al bijna twintig jaar nauwelijks een toets had aangeraakt, verraste het me dat ik het nog precies wist. Iets moediger nu speelde ik zeven verschillende toonladders achter elkaar. Het was een schok. Jaren van oefenen hadden de noten en de techniek zo diep in het ‘geheugen’ van mijn vingers gedrukt, dat ik meteen weer wist hoe het moest.
Geleid door zijn woord
Toen hij voor het eerst bij de BBC kwam werken, viel aan Paul Arnold de taak toe om ‘loopgeluiden’ te maken voor drama’s op de radio. Terwijl de acteurs tijdens een loopscène van het script lazen, maakte Paul als stage-manager de bijbehorende loopgeluiden met zijn voeten. Daarbij paste hij er goed op om niet door de stem en de gesproken regels van de acteur heen te lopen. Het geheim. legde hij uit, was om te over te geven aan de acteur in het verhaal ‘zodat je met elkaar samenwerkt’.
Ontkomen aan de hel
In zijn boek The Call of Service verkent schrijver Robert Coles de redenen die we zoal kunnen hebben om te dienen en daarbij vertelt hij het verhaal van wat een wat een oudere vrouw voor een ander deed. Als chauffeur in een schoolbus paste ze erg goed op de kinderen die ze elke dag van en naar school reed. Ze overhoorde hun huiswerk en was blij met goede cijfers. ‘Ik wil niets liever dan zien dat deze kinderen het redden in het leven,’ zei ze over de reden om dat te doen. Maar er was ook nog een andere reden.
Toegroeien naar geven
‘Ik heb een cadeautje voor je meegenomen!’ riep mijn kleinzoon enthousiast terwijl hij een pakje in mijn handen drukte. ‘Hij heeft het helemaal zelf uitgezocht,’ zei mijn vrouw met een brede glimlach.